Vier samen met ons het 50 jarig bestaan van Drunens Ruiterhuis!

Shop zomer essentials én sale, op=op

ZADELSYMPOSIUM

ZADELSYMPOSIUM

ZADELSYMPOSIUM

 

Eye openers bezoek Sattel Symposium Universiteit Leipzig 2017

Zenuwen


Het eerste waaraan men denkt met betrekking tot zadels zijn de spieren en het skelet van het paard. De zenuwen worden vaak vergeten. Hét belangrijkste zenuwpunt in relatie met zadels is Nervus intercostobrachialis. Deze zenuwknoop bevindt zich beneden de schouder en achter de elleboog en de bovenarm van het paard. Belangrijk zijn de vertakkingen van dit zenuwpunt. Deze zenuw bevindt zich vaak waar de dressuursingel ligt. Het is per paard verschillend hoe de vertakkingen van deze zenuw verlopen. Dit verklaart waarom het ene paard gevoelig is op dit punt en het andere paard niet.

De zenuw kan door de singel worden beklemt tussen de singel en de ribben waardoor de zenuw geen of niet de juiste signalen doorgeven aan de hersenen en aan de spieren. Dit is uiteraard van grote invloed op het gedrag wat een paard vertoont tijdens het rijden. Oplossingen kunnen zijn: een andere maat singel of het aanpassen van de singelstoten.

Zenuwen in de rug kunnen eveneens geprikkeld worden als het zadel het gewicht van de ruiter te breed over de rug verdeeld. Wanneer het zadel breder is dan de lange rugspier en het gewicht dus buiten de lange rugspier wordt verdeeld, kunnen de zenuwuiteinden op de rug worden geïrriteerd waardoor het paard ongewenst gedrag vertoont.

Als vuistregel geldt daarom: De dragende elementen van het zadel en de zadelboom mogen alleen boven de lange rugspier gepositioneerd worden en zeker niet in de breedte er buiten. Alle regionen die buiten de lange rugspier (vanaf de ruggenwervel gezien) liggen, zijn niet geschikt voor het dragen van gewicht.

18e rib


Met de vuistregel dat een zadel niet langer mag zijn dan de 18e rib moet men genuanceerder omgaan. Het is correct dat de 18e borstwervel de grens is voor de lengte van de zadelboom voor een sportpaard met een sportzadel (dressuur- of springzadel). De kussens mogen echter wel voorbij de 18e borstwervel komen aangezien zij geen gewicht verdelen. Zij geleiden de beweging van het paard onder het zadel.

Dat betekent dus ook dat een paard waar uitsluitend buitenritten mee worden gemaakt gereden kan worden met een zadel met een langere boom dan de 18e borstwervel. Van zo’n paard worden geen inspannende oefeningen gevraagd en worden veel minder over de lengte gebogen.

Het aller belangrijkst is dat het zadel niet te klein is voor de ruiter. Wanneer het zadel te klein is komt het zwaartepunt te ver naar achter in de rug te liggen waardoor het paard te veel belast wordt. Het is dan beter om een wat langer zadel te nemen zodat het zwaartepunt verder naar voren ligt zodat het weke deel van de rug minder wordt belast. Men kan dan van het paard niet vragen hoogstaande dressuuroefeningen te verrichten.

Fasciën


Fascie (Latijn: fascia - facie) is een bijzonder bindweefsel dat ligt rond spieren, botten en gewrichten. Fascie geeft ondersteuning en bescherming aan die lichaamsdelen en het geeft structuur aan het lichaam.

Fasciën zorgen ervoor dat spieren gemakkelijk langs elkaar kunnen bewegen. Door fasciën lopen meer zenuwen dan voorheen werd aangenomen. Wanneer fasciën verkleven (als gevolg van zadeldrukkingen) ontstaan problemen. Het glijden van de spieren over elkaar wordt beperkt, bewegen wordt dan onder moeizamer en pijnlijker. Aangezien fasciën met fijne zenuwen doorweven zijn, kunnen ze extreem pijnlijk zijn wat het paard zeer beperkt in de beweging.